De laatste weken was al heel wat informatie over het relanceplan te vinden in de media. “Staatsecretaris Dermine bleek zijn plannen liever in primeur te geven aan de pers. Een tendens die we ook bij andere paars-groene ministers zien”, stelt Loones vast. “Ik roep de Vivaldisten op om parlement boven pers te plaatsen. Een minimum aan respect voor de democratie is toch gepast.”

Federaal Planbureau waarschuwt voor matige impact

Het Federaal Planbureau maakte een simulatie van de impact van het plan-Dermine. Een stijgende productiviteit wordt slechts op 0,19 procent becijferd, een economische groei van 0,23 procent en een daling van de schuldgraad met 0,52 procent. En op de piek in 2022 zou het plan dus maar 3.900 directe jobs genereren, waarvan er de jaren nadien ook terug een reeks zouden verdwijnen.

Staatssecretaris Dermine nuanceerde de cijfers. Het zou slechts de directe jobs gelinkt aan de concrete projecten betreffen, daarnaast zouden ook nog de indirecte effecten moeten worden in rekening genomen en een multiplicatoreffect omdat alle EU-landen tegelijk investeren.

“Dermine nuanceert terecht, maar overtuigt totaal niet”, stelt Loones. “Het Planbureau gebruikt rekenmodellen die gebouwd zijn om vooral keynesiaans beleid te modelleren. Normaal neem ik die altijd met een korrel zout, maar hier wordt net de impact van keynesiaanse paars-groene maatregelen gesimuleerd. En dan nog is het resultaat maar pover… En dat terwijl we zo’n 700.000 extra jobs nodig hebben om tot de broodnodige 80 procent tewerkstellingsgraad te komen. De redding zou moeten komen van sterke hervormingen op vlak van arbeidsmarkt en pensioenen, maar ook op dat punt blijft het plan vaag en ondermaats.”

Europese zorgen

Eerder toonde het Federaal Planbureau ook aan dat België onderbedeeld werd bij de toekenning van de Europese relancemiddelen. Vandaag blijkt dat het risico op misbruik in sommige Europese landen bovendien niet uitgesloten is. Zo wordt bijvoorbeeld met argusogen gekeken naar Griekenland dat zo’n 30 miljard euro EU-relancesteun toegewezen krijgt.

“Dat is zo’n 20 procent van hun bbp”, merkt Loones op. “Griekse economen betwijfelen zélf of de Griekse administratie wel in staat is om zo’n gigantisch bedrag goed te beheren. Het is de taak van staatssecretaris Dermine en financiënminister Van Peteghem om erover te waken dat het relancegeld in België goed besteed wordt, maar óók dat andere landen correct werken.”