Mijnheer de voorzitter van de Europese Raad,
Een Europese Unie die ons zelfzeker beschermt, assertief haar rol in de wereld opneemt en zorgt voor resultaat. Dat vraagt om nieuw Europees leiderschap. De laatste maanden werd veel aandacht besteed aan de vorming van de Europese Commissie van Mevr. von der Leyen. Terecht! Europa heeft nood aan een sterke administratieve motor, maar meer nog hebben we nood aan een gedecideerde piloot die de richting bepaalt. Het zijn politici, niet ambtenaren, die de bakens moeten uitzetten. Het is hoog tijd dat de lidstaten en de Europese Raad hun centrale positie in het debat opnieuw opnemen.
Ieder zijn taak
De EU kent een heel eigen manier van werken. De Commissie vertegenwoordigt het algemeen Europees belang, het Europees Parlement de burger en de Raad de lidstaten. Althans, zo zou het moeten zijn. De laatste jaren zien we echter een Commissie die zich, onder leiding van Jean-Claude Juncker, een expansieve positie toe-eigent en zich steeds politieker opstelt. Denk maar aan haar dubbele standaarden op het vlak van fundamentele rechten in de lidstaten, waar blijkbaar andere wetten tellen voor Hongarije en Polen enerzijds, en Spanje met Catalonië anderzijds.
Het politieke gewicht hoort bij de lidstaten te liggen, en bij uitstek bij de staats- en regeringsleiders die samenkomen in de Europese Raad. Als nieuwe voorzitter van die Raad kan u terug de krijtlijnen uitzetten voor het Europees beleid. Zorg ervoor dat de lidstaten zich niet langer kunnen verschuilen achter de administratie, maar hun verantwoordelijkheid moeten opnemen om samen tot beslissingen te komen.
Leve de concurrentie
Binnen een mozaïek van koninkrijken, prinsdommen, steden en staten werd het ‘Europese mirakel’ mogelijk, door rivaliteit en competitie. Concurrentie zit in ons Europese DNA, het is niet onze achilleshiel, maar onze sterkte. Samen met de culturele, religieuze en humanistische tradities van Europa ligt ze aan de grondslag van de ontwikkeling van onze rechtsstaat, scholen, universiteiten en wetenschappelijke ontdekkingen, de bloei van filosofie, kunst en literatuur. En een ongeziene economische vooruitgang.
Niet ondanks onze politieke fragmentatie dus, maar net dankzij de afwezigheid van politieke centralisatie. Net daarom moeten we de concurrentie tussen Europese lidstaten niet schuwen, maar omarmen. Het houdt elke lidstaat scherp en laat ze streven naar een sociaal-economisch beleid dat werken, sparen en ondernemen beloont. Zorg ervoor dat we die competitiviteit veilig stellen, wees daarbij ook streng voor lidstaten die zich protectionistisch afsluiten. De EU is geen eiland in de wereld, maar moet als machtig handelsblok mee de lijnen uitzetten.
De EU is niet solidariteit en pas daarna verantwoordelijkheid
De EU is eerst verantwoordelijkheid en dan solidariteit. In die volgorde. Lidstaten willen, en moeten onderling solidair zijn, dat is wat de EU kenmerkt. Maar niet te allen prijze, en niet zonder dat daarvoor iets mag verwacht worden. Wil een lidstaat Europese steun? Dan zal ze eerst moeten hervormen. Wie aan de buitengrenzen ligt, moet eerst helpen de voordeur te sluiten en migratiecontroles uitvoeren. Lidstaten die voorvechter willen zijn van de rechtsstaat, zullen die ook zelf moeten respecteren. Eerst verantwoordelijkheid tonen en vervolgens solidariteit voor wie een steuntje in de rug kan gebruiken. Enkel zo zal u het nodige draagvlak voor de EU behouden.
EU is meer dan Frankrijk en Duitsland alleen
De EU is een geheel van, bij nader order, 28 lidstaten. En dat geheel is meer dan de optelsom van Frankrijk en Duitsland. Alleen door elke lidstaat evenwaardig te behandelen, kan de Europese Unie het samenwerkingsverband zijn dat meer is dan de som van de delen. De stem van de Europese Raad is dus niet enkel de stem van Merkel en Macron, maar van alle 28 staats- en regeringsleiders. Bovendien zou het maar gepast zijn als ook de regio’s hun stem kunnen laten horen.
Durf ergens voor staan
Als voorzitter van de Europese Raad zal u vaak naar compromissen moeten zoeken. Belangrijk is dat u bij die zoektocht een leidraad voor ogen houdt. En dat is onze “Europese manier van leven”. Kies er niet alleen voor om die te promoten, maar om ze ook actief te beschermen. Het gaat om waarden en normen waar we fier op mogen en moeten zijn en die we assertief moeten uitdragen. Laat u hierbij niet intimideren, maar durf inspireren.
En richt u daarbij niet alleen tot het Europees Parlement, maar tot de hele Europese democratie. Meer dan ooit worden nationale debatten bepalend voor het Europese debat. Meer dan ooit zullen wij vanuit het nationale Parlement een vinger aan de Europese pols houden.